Het abc van Anke Verbraak

Hey, lieve lezer van Mel’s Day, Het weekend was ik een beetje grieperig. Nou ja, ik had best wel flinke koorts. Dus ik kon helaas niet naar het croissant ontbijt in Antwerpen en daar baalde ik enorm van. Gelukkig was het wel mooi weer en kon ik dus lekker op de stoel kruipen buiten in het zonnetje en een boek lezen. We hebben het weekend dan ook niet veel gedaan. Lekker wat tv gekeken een spelletje gespeeld en gewoon heel veel gelezen in het zonnetje. Vandaag is het weer tijd om kennis te maken met een auteur door middel van een abc’tje. Vandaag heeft Anke Verbraak haar abc’tje ingevuld.

Het abc van Anke Verbraak.

A De A is van Anke, want dat is natuurlijk mijn eigen naam. Samen met mijn achternaam is het een naam vol harde klanken. Wat ik in mijn jeugd weleens deed, was hem omdraaien: Ekna Kaarbrev. Het had zomaar een pseudoniem kunnen zijn, maar publiceren onder mijn eigen naam vond ik toch net ietsjes leuker.

B De B is van boek. Omdat ik al van kleins af aan een boek wilde schrijven, Tijdens mijn middelbare school en studie was ik meer bezig met schrijven dan met studeren (naast nog wat andere dingen). Het is eigenlijk een wonder dat ik ben afgestudeerd. Er slingerde altijd wel een boek door de kamer, naast mijn bed, op mijn bureau, in mijn tas. Ik kan geen boekhandel voorbij lopen zonder er binnen te gaan.

De B is ook van boekhandel: ik vind het zo jammer dat het zo moeilijk is om je boek ook fysiek in de boekhandel te krijgen. Soms zie ik titels liggen, waarvan ik écht durf te zeggen: dan is mijn boek stukken beter, maar die liggen er wel en die van mij niet. Maar ook dat komt een keer goed.

C is van chemo. Ik heb ervaren dat als je na een behandeling maar rustig naar bed gaat en daar een dag of anderhalf blijft liggen, het met de acute bijwerkingen best meevalt. Vrijdagavond rond het avondeten kwam ik eruit, at wat en keek ik met mijn kids The Voice of Holland. Ik moet er nu niet meer aan denken, maar wat een geluksmoment was het toen. Wat ik nu – na twaalf jaar – langzaam leer accepteren, is dat alle behandelingen (naast chemo ook nog wat ander spul binnengekregen) toch de nodige effecten hebben nagelaten, wat invloed heeft op o.a. mijn concentratie en energie. Dat gaat vaak goed en soms donder ik weer in alle valkuilen die er zijn.

D Durven, dromen, doen… Een boek van Ben Tigchelaar, dat ik jaren geleden heb gelezen. Ik was een dromer, durfde af en toe, maar doen was wel een dingetje. Mijn moeder zei vroeger al: “jij moet niet denken, maar doen.” Gelukkig ben ik dat de laatste jaren wel veel meer gaan doen. En dat begint met eerst uitspreken wat je heel graag wilt, want dan gaat het leven in je hoofd. Vanaf het moment dat ik zei: ik ben schrijver (oké, er moest nog een boek uitkomen, maar ik had het al wel geschreven), kwam er ook echt iets op gang met Water en wolfskers als gevolg.

E De E is van e-mail. Wat vond ik dat een heerlijke uitvinding. Ik hoefde niet meer te bellen, ik kon een e-mail sturen. Dan kon ik er eerst over nadenken, ik kon het versturen op mijn eigen tijd en ook reageren op de ander op mijn eigen tijd. Fantastisch! Ook het e-book vind ik een uitkomst. Nu kan ik ’s nachts lezen zonder dat mijn partner last heeft van het licht.

F De F is van flair. Omdat ik die niet heb. En jaloers kan zijn op mensen die wel flair hebben, een kamer binnenkomen en meteen op een leuke manier alle aandacht op zich gevestigd weten. Omdat ze vrolijk zijn, overal over mee kunnen babbelen, positief in het leven staan, een lach op hun gezicht hebben… Misschien uiterlijke schijn, maar heel bruikbaar op een feestje.

G De G is van Grijze klever en Godijn Publishing (GP). In 2018 won ik een publicatie in de verhalenbundel Grijze klever met het verhaal Pensiongasten. Elly Wassenaar, mijn uitgever, kan daar nog steeds ontroerd door raken, zegt ze weleens. Door die publicatie durfde ik het aan om het manuscript van Water en wolfskers in te sturen voor Boek10, het project waarmee Elly beginnende auteurs een podium wil geven. Ineens was ik niet meer bezig met schrijven, maar had ik ook daadwerkelijk mijn eigen boek in handen.

H De H is van Hella Haasse en dan specifiek haar historische roman: Het woud der verwachting. Het boek beschrijft de levensloop van Charles d’Orléans wiens leven sterk verweven is met de machtsstrijd tussen Engeland en Frankrijk gedurende de honderdjarige oorlog. Deze Charles is geen koning, hij houdt niet van geweld, is eerder een dichter en is onderdeel van de machtspolitiek van die tijd. Het is al een tijd geleden dat ik het voor het laatst gelezen heb, maar in mijn herinnering is het een prachtig boek.

I De I is van ijs. Ja, volgens het woordenboek begint ijs met een i, dus houd ik het hier ook maar aan. Ik ben dol op ijs. Je mag me ’s nachts wakker maken voor ijs (en nergens anders voor). Maar ook ijs als het gaat om bevroren water, waar je lekker op kunt glijden en schaatsen, al denk ik dat ik dat laatste niet meer zo goed durf. Ik gedij beter bij kou dan bij hitte, alhoewel ik nog nooit op wintersport ben geweest, want daar lijkt me nou weer niets aan. Het lange wachten bij de skilift, de après-ski… Maar ijs, heerlijk!!

J De J is van jongens, omdat ik twee zonen heb. Ik kom uit een meisjesfamilie en mijn zussen hebben allebei eerst een dochter gekregen, dus mijn vader was hoogst verbaasd dat mijn eerste een jongen was. ‘Jij moet ook altijd alles anders doen,’ was zijn eerste reactie. En ook kies ik voor de J van jongen, omdat ik best wel last heb gehad en nog steeds heb van die heerlijke vrouwelijke hormonen. Al in mijn puberteit dacht ik regelmatig: was ik maar een jongen!

K De K is van Kristien. Kristien Hemmerechts wel te verstaan (maar ik had de H al vergeven). Van haar heb ik een groot aantal boeken in de kast staan. Ze weet me iedere keer weer te raken. En één van de mooiste titels, in alle eenvoud, komt van haar hand: Donderdagmiddag. Half vier. Het is bijna poëzie.

L De L is van liefde. Voor mijn partner en mijn twee zonen. Ik ben zo blij dat zij in mijn leven zijn. We zijn alle vier vrij stil en we ondernemen niet al te spannende dingen, dus voor een buitenstaander kan het best saai lijken, maar we hebben het goed met elkaar, steunen elkaar, ruziën soms met elkaar en kunnen heerlijk met en om elkaar lachen.

M De M is van Margaret Mazzantini. Ik had al enkele boeken van haar gelezen (Ga niet weg, Het zinken teiltje), maar toen schreef ze: Ter wereld gekomen. Wat een boek, ik raad het iedereen aan. Ik heb het gelezen, was compleet ondersteboven en nu staat het al jaren in mijn boekenkast te wachten op herlezing. Ik durf het nog niet aan, terwijl ik toch steeds weer begerig naar de boekenkast kijk en denk: ja, ja, kom op, ga lezen!!

N De N is van Napoleon. Of van Nicolaas II, de laatste tsaar van Rusland. Ook hier komt de geschiedenis weer om de hoek kijken. Ik was erg geboeid door zowel de Franse als Russische Revolutie. Hoe kan een revolutie zo ontaarden dat er een man als Napoleon kan opstaan? En hoe kan Napoleon zelf weer zo ontaarden, dat hij de beginselen van de revolutie vergeet, zichzelf tot keizer kroont en zijn land maar in oorlog blijft storten. Het leven van tsaar Nicolaas vond ik – kortweg gezegd – tragisch: niet kunnen meebewegen met de tijd, verblind door liefde voor zijn vrouw, verkeerde beslissingen, te laat genomen en dan vervolgens met zijn hele familie zo gruwelijk vermoord worden.

O De O is van ontmoeting. Ik houd ervan om mensen te leren kennen. Niet in grote groepen, maar wel in klein gezelschap. Echt met elkaar in gesprek raken. En ook in boeken ontmoet ik: een andere omgeving, andere denkwijzen, een andere tijd… Soms is het vermaak, soms zet een boek me echt aan het denken. En als ik zelf schrijf, ontmoet ik mijn eigen personages. Natuurlijk komen ze uit mijn hoofd, maar tijdens het schrijven lijken ze echt een eigen leven te leiden met hun eigen karakter. Dat is vaak ook het punt waarop ik denk: nu zitten ze goed in elkaar.

P De P is van poëzie. Simpel gezegd: ik begrijp er vaak niks van, maar ik vind het wel mooi. Mijn favoriete dichter van oudsher is Hendrik Marsman. Er staat een verwijzing naar het gedicht de Heerser in Water en wolfskers. De titel Wat weet men van een leven? is een dichtregel uit een ander gedicht. Ik zocht een titel, sloeg de bundel op en zag deze. Soms gaan die dingen zo.

Een dichtbundel die me ook heeft geraakt: En toen ging je weg, van Tim Awadite: ‘De liefde komt en de liefde gaat. Vaak onverwachts, soms weer niet. Maar zonder liefde ben je niemand.’

Een grappige anekdote: tijdens een teambijeenkomst moesten we allemaal iets meenemen. Ik nam de bundel mee en hield hem voor mijn borst, terwijl ik aan het vertellen was. Maar ik had dus net mijn baan opgezegd en ging dus weg. Hoe toepasselijk is het dan om een boek voor je te hebben met de titel: En toen ging je weg…

Q De Q is van quiz. Ik ben dol op spelletjes, waarbij je vragen moet beantwoorden. Ik kijk graag naar Twee voor twaalf, de slimste mens en één tegen vijftig. Ik zit dan ook vrolijk de antwoorden naar het scherm te roepen, alsof dat de kandidaten helpt. Ook Triviant vond ik vroeger erg leuk, tot we door de sets vragen heen waren en ik iets te vaak de antwoorden al wist (en de vragen gedateerd waren).

R De R is van Rust en Ruimte. Met hoofdletters. Omdat ik dat nodig heb om te kunnen schrijven. En dat soms ook heel erg kan missen. Ik kan vrij chaotisch in mijn hoofd zijn. Als ik start met een manuscript (na lang in mijn hoofd gepuzzeld te hebben) sluit ik mezelf een week op in een vakantiehuisje. Rust en ruimte. Regelmaat laat het overigens afweten in zo’n week.

En ook hier geldt: doen!

S De S is van saai. Ooit ving ik een gesprek op, dat ongeveer zo ging: ‘ja, maar die is wel aardig.’

‘Dat bedoel ik dus: saai. Aardige mensen zijn saai.’

Nu vond ik mezelf in die tijd best aardig, dus ik betrok het op mezelf. O, die persoon vindt aardige mensen saai, dus ik ben ook saai. En dat wil ik helemaal niet zijn!! En vervolgens dacht ik: maar als je dit over mensen denkt, wat zegt dat dan over jouzelf? En ineens vond ik die persoon niet meer zo leuk. Ik merk wel dat het nog steeds in mijn achterhoofd rondzingt als een klein spookje dat af en toe wil laten horen dat het er nog is. Jij bent saai, jij bent saai… Ja, denk ik dan. Ik ben aardig, ik ben aardig, ik doe geen mensen kwaad…

T De T is van thuisfront, zo noem ik mijn man en zonen, die wat minder van de social media zijn en dus niet (altijd) met naam en toenaam genoemd willen worden. Het thuisfront is superbelangrijk voor mij. Ze zijn blij voor me wanneer er een boek uitkomt, ze leven met me mee, geven me de ruimte en we hebben het gewoon goed en gezellig met elkaar. En omgekeerd doe ik dat natuurlijk ook, toch?

U Omdat ik de A al vergeven had aan mezelf, is de U van Uther Pendragon, de vader van koning Arthur, waarover vele boeken zijn geschreven vanuit verschillende gezichtspunten en nog steeds stopt het niet. Ook dit verhaal blijft mij boeien en het liefst zou ik zelf een boek willen toevoegen aan alles wat er al is, maar dat lukt me niet. Dus houd ik het lekker bij lezen en wegdromen in het verhaal.

V De V is van vrijheid… Als ik klem kom te zitten tussen alles wat moet, droom ik van vrijheid. Beetje toeren (tour de France kijken is funest), alle hoofdsteden van Europa bezoeken, maar vooral: huisje in the middle of nowhere en schrijven. En ik heb eindelijk de moed gevonden om een reis naar Japan te boeken. Volgend jaar september, ik heb nog even…

W De W is van Water en wolfskers én Wat weet men van een leven? De boeken die ik tot nu toe geschreven heb. Even dacht ik nog om ook het derde boek een titel met de W mee te geven, maar daar ben ik nog niet helemaal uit. Water en wolfskers is een thriller, Wat weet men van een leven? Is een roman. Ik ben nog steeds verrast met alle mooie reacties die ik heb ontvangen. Daarvan durfde ik niet te dromen, toen ik het eerste manuscript inleverde bij GP.

X De X is van… nix? Hier kan ik echt niks op verzinnen, dus die slaan we over.

Y De Y is van Yathzee, een spelletje wat ik vroeger met mijn vader speelde. Dat ging er fanatiek aan toe. We speelden altijd drie potjes, de winnaar kreeg een gulden en ik ging er negen van de tien keer met een gulden van door. Tussendoor spraken we kort over van alles en nog wat, soms een mededeling, soms een kort gesprek, afgesloten met weer een worp van de dobbelstenen in de bak. Ik koester hier hele warme herinneringen aan.

Z De Z is van zee. Ik ben nergens zo thuis als aan de kust. Het maakt niet uit waar, zet mij op een strand met zicht op zee en golven en ik ben gelukkig. Strand met meer telt niet. Zee zonder golven en golfjes telt ook niet. Maar Noordzee, Oostzee, Atlantische Oceaan: ik kan blijven kijken naar hoe de golven over mijn voeten rollen, de zon langzaam in het water zakt en de hemel oranjerood kleurt.

Dit was het ABC van Anke Verbraak ik hoop dat jullie hem weer leuk vinden! Anke bedankt dat je hier aan mee wilde werken.

Heel veel liefs, Melanie

*** Let op bloggen is een hobby voor mij, ik heb dan ook niemand die mijn teksten na kijkt op spelling want dat zou mij een paar 100 euro in de maand kosten. Ik heb dyslexie dus de kans is groot dat er hier en daar een spelfoutje in de tekst staat. Ik doe er alles aan om deze te voorkomen maar helaas is dat niet altijd mogelijk. ***

Dit vind je misschien ook leuk...

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *